Welkom bij de Talenexpo, een reis door de geschiedenis van het taalonderwijs in Nederland

Geschiedenis van het talenonderwijs in nederland

100 jaar Levende Talen

paragrafen: 8
illustraties: 61
mediafragmenten: 4

5 De periode 1960-1970

Nog meer groei
In de jaren zestig stijgt het ledental spectaculair, ongetwijfeld vanwege de noodzaak zich bij te scholen vanwege de ophanden zijnde vernieuwingen in het kader van de Mammoetwet. Het aantal leden bedraagt 4000 in 1966, in 1968 4400, zelfs 5000 in 1971, en didactische studiedagen trekken veel belangstelling in die jaren.
In de Algemene Vergadering van 1960 kondigt de secretaris de viering aan van het 50-jarig bestaan van de vereniging: “De viering van ons 50-jarig bestaan moet een grootse demonstratie worden voor de geestelijke en de praktische waarden van ons taal- en talenonderwijs.” Het feest wordt op 3 en 4 januari 1962 gevierd in Krasnapolsky. Staatssecretaris Stubenrouch (die in hetzelfde jaar zal overlijden), classicus met gevoel voor historie, verwijst in zijn toespraak fijntjes naar het werk van Jan Amos Comenius: Ianua Linguarum/resarata aurea (De Gulden ontsloten Deure der Talen), waarmee bedoeld wordt het Latijn als sleutel tot andere (vreemde) talen.

Het tijdschrift
Vanaf 1 januari 1968 wordt LT omgezet in een maandblad. De argumenten luiden: het is zo beter in een tijdschema in te passen, er zijn minder portokosten, er is meer kans op advertenties, een gelijkmatiger dosering van de artikelen is mogelijk.
Met de groei van het aantal secties en de toenemende stroom aan kopij worden er twee jaar later sectiemedewerkers aan de redactie toegevoegd. Het stemmige groen van de kaft verandert in glanzend rood en andere sprekende kleuren, het formaat wordt A4.