Accentverschuivingen
In de tweedegraadslerarenopleidingen in het hbo kwamen de vakinhoud en de vakdidactiek in toenemende mate onder druk te staan. Dat kwam deels door een sterkere nadruk op algemeenpedagogische competenties, deels door de financiële problematiek van krimpende studentenaantallen, vooral bij kleinere vakken.
Ook in de universitaire lerarenopleidingen waren er spanningen tussen de universalisten van de onderwijskunde en de specialisten van de vakken. Het onderzoek binnen de universitaire lerarenopleidingen werd steeds meer algemeenonderwijskundig gericht; vakdidactisch onderzoek kreeg minder kansen.
In de eerste helft van de jaren nul gingen de lerarenopleidingen nauwer samenwerken met de scholen. De schoolmanagers kregen oog voor het belang van een goed personeelsbeleid, dus ook voor de zorg voor de eigen personeelsinstroom. De betaalde leraar in opleiding werd breed ingevoerd, en een deel van de begeleiding werd verplaatst naar de scholen.
Om het dreigende lerarentekort tegen te gaan werden regelingen voor zij-instromers ingevoerd. Die waren niet onverdeeld succesvol: een vrij groot deel van de zij-instromers verliet na korte tijd de school weer. Vanaf 2009 werden aan de universiteiten "educatieve minoren" ingevoerd. Langs die weg kunnen studenten binnen de bachelorstudie versneld een tweedegraadsonderwijsbevoegdheid halen.
Kwaliteitsverbetering
In overeenstemming met het Actieplan LeerKracht van Nederland (2007) van het Ministerie van OCW werden de lerarenopleidingen verplicht gezamenlijke doelen en eindtermen te ontwikkelen.
Er moest een zwaarder accent op de onderzoeksvaardigheden van de toekomstige docent komen te liggen. Ook (praktijk)onderzoek door zittende docenten werd gestimuleerd. De vernieuwing moest minder van bovenaf opgelegd worden en meer van binnenuit en onderop komen.
In 2007 werden lerarenbeurzen ingevoerd. Die moesten het financieel mogelijk maken dat leraren naast hun werk gingen doorstuderen voor een extra kwalificatie, bijvoorbeeld een mastergraad. Daardoor kwam weer iets van de mobiliteit binnen het lerarenberoep op gang die met de mo-opleidingen in de jaren tachtig verdwenen was.
Perspectief
De beroepstrots van Nederlandse leraren heeft lang gesteund op inhoudelijke vakkennis enerzijds, en anderzijds op praktijkkennis zonder veel didactische en pedagogische reflectie en analyse. Zal het lukken om de inhoudelijke vakkennis op peil te houden en tegelijk van leraren onderzoekers te maken?